skip to Main Content

10 vragen aan… Simone van der Vlugt

10 Vragen Aan... Simone Van Der Vlugt

Simone van der Vlugt is al 25 jaar schrijver en heeft meer dan veertig boeken op haar naam staan. Haar laatste roman is De Kaasfabriek. Al op heel jonge leeftijd droomde Simone in de plaatselijke boekhandel van een schrijversbestaan. CITY zocht Simone op en stelde haar 10 vragen.

Je woont in Alkmaar, waar heb je nog meer gewoond?
,,Voordat ik naar Alkmaar kwam, heb ik in Julianadorp gewoond. Daar heb ik mijn middelbareschooltijd doorgebracht. Ook heb ik tijdens mijn studie een tijdje in Amsterdam gewoond. Mijn familie komt uit Alkmaar, dus daar keerde ik uiteindelijk naartoe terug.”

Hoe is het om in Alkmaar te wonen?
,,Alkmaar heeft een heel mooie historische binnenstad. Als schrijfster van historische romans ben ik daar gevoelig voor. Ik vind het wel zonde hoe de gemeente omgaat met bebouwing. Zo zijn er plannen voor hoogbouw rond de oude binnenstad. Dat vind ik echt een afschuwelijk idee. Hoewel ik het snap vanwege de woningnood, protesteert mijn historisch hart.”

Je studeerde Nederlands en Frans aan de lerarenopleiding in Amsterdam. Heb je ooit overwogen het onderwijs in te gaan?
,,Het plan was altijd om deeltijd het onderwijs in te gaan en het andere deel van de tijd te gaan schrijven. Ik wist op mijn achtste al dat ik schrijver wilde worden. Mijn eerste boeken verkochten zo goed, dat ik nooit ben gaan lesgeven.”

Waarvan word je vrolijk?
,,Vooral van de kleine dingen die we nu door corona even moeten missen. Winkelen en lunchen met vriendinnen. Gelukkig kan ik nog wel met mijn hond naar het bos en het strand. Door corona heb ik wel meer tijd om te schrijven.”

Wie verdient volgens jou een standbeeld?
,,Hannie Schaft. Ik kom erop omdat in Alkmaar een standbeeld is opgericht voor Truus Wijsmuller, een vrouw die Joodse kinderen onder de ogen van de Duitsers heeft weggesluisd. Dat zij een standbeeld kreeg, vond ik zo terecht. Er zijn veel standbeelden opgericht van mannen die mensen hebben onderdrukt en vermoord en er wordt veel minder gekeken naar mensen die levens hebben gered. Ik vind dat er wel een paar mannen van hun sokkels getrokken kunnen worden.”

Wat is je dierbaarste jeugdherinnering?
,,Met mijn ouders op vakantie naar de bossen. We gingen altijd met de herfstvakantie weg en dan deden we leuke dingen als een huifkar met een paard ervoor huren. Het waren geen ingewikkelde vakanties. Meer heeft een kind niet nodig, groter hoeft de wereld niet te zijn. Zo zorgeloos zijn mijn vakanties nooit meer geweest.”

Waar haalde jij de inspiratie voor De Kaasfabriek vandaan?
,,Ik woon in een kaasstad en wilde eens wat doen met de industrialisatie van kaas. Maar ik wilde ook iets doen met de Eerste Wereldoorlog. Toen dacht ik: misschien kan ik die twee onderwerpen aan elkaar koppelen. Zo ontstaan de meeste ideeën. Purmerend is op mijn pad gekomen door een stadswandeling, en omdat wij familie hebben in die stad.”

Waarom zouden mensen De Kaasfabriek moeten willen lezen?
,,Het is een boek over de veranderende samenleving van de vroege twintigste eeuw, met name over de positie van de vrouw. Het begint eind 19de eeuw, als vrouwen nog maar weinig rechten hebben. Als de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, gaan mannen naar het front en de vrouwen nemen hun taken over. Als de mannen terugkomen laten de vrouwen zich niet meer in hun keurslijf dwingen.”

Ben je al bezig met een volgend werk?
,,Ja. Door corona ben ik sneller weer begonnen aan een boek. Ik zit in de eindfase van een thriller die komende zomer verschijnt.”

Vorig jaar was jouw 25-jarig jubileum. Heb je dat nog gevierd?
,,Dat ging door corona niet door. Wel ben ik die dag in klein gezelschap door de burgemeester onderscheiden. Ik ben nu Officier in de Orde van Oranje-Nassau.”

Back To Top
Zoeken